Match Worn Home Shirt Georges Leekens

 

 

 

 

Match Worn Home Shirt Ulrik Lefevre

 

 

 

 

Match Worn Home Shirt Dirk Hinderyckx

 

 

 

 

Match Worn Away Shirt Ulrik Le Fevre

 

 

 

 

Match Worn Away Shirt Rene Van der Eycken

 

 

 

Match Worn Third Shirt Fons Bastijns

 

 

 

Match Worn European Cup Shirt Raoul Lambert

 

 

 

 

 

Match Worn European Cup Home Shirt Rene Vandereycken

 

 

 

 

 

Match Worn European Cup Away Shirt Fons Bastijns

 

Worn in the game against AC Milan

 

 

 

 

Dit zou het seizoen worden dat Club zich op de Europese landskaart zou voetballen. Happel vond bij Austria Wien met zijn landgenoot Krieger een ervaren libero. Ook De Cubber kwam de rangen versterken terwijl oudgedienden Thio en Houwaert mochten vertrekken, net als Aabech en Clijsters die in hun eerste seizoen geen onuitwisbare indruk hadden gelaten.

 

Na het afscheid van De Klokke sloeg Club zijn tenten op in het Olympiastadion op Sint-Andries.

 

Het debuut op de mat van Olympia begon in mineur. Nadat Vandereyken de eer had genoten om het allereerste doelpunt in het nieuwe stadion te scoren won kampioen RWDM alsnog met 1-2 op Olympia. Club startte ietwat aarzelende met een 7 op 12, maar zou dan uitpakken met een winning streak van 10 matchen. Club pakte de leiding en zou deze niet meer afgeven.

 

Onder impuls van een ijzersterke verdediging met Jensen, De Cubber, Leekens en Bastijns en het aanvallend geweld van Van Gool, le Fevre en Lambert, gecombineerd met het tactische meesterschap van Vandereycken ontpopte blauw-zwart zich tot een nietsontziende kampioenenmachine. Drie speeldagen voor het einde mocht Club door een gelijkspel tegen Lokeren dan ook oververdiend zijn derde landstitel vieren.

Anderlecht haalde zijn gram door Club met zware maar overdreven 4-1 cijfers uit de finale van de Belgische beker te houden. Wat niet lukte in België lukte echter wel in Europa.

 

In de eerste rond van de Uefacup tegen Olympique Lyon zorgde Rene Van der Eycken met drie goals voor een goeie uitgangspositie (4-3). In Brugge werden de Fransen vervolgens met 3-0 van de mat geveegd.

 

De ronde daarna voltrok zich een eerste Europees wonder van Olympia. Op het veld van Ipswich Town verloor Club met 3-0. Happel reageerde stoicijns en zei dat in Brugge alles nog kon worden rechtgetrokken.

 

Happel sloeg de nagel op de kop, want in een dolle eerste helft had Club de 3-0 achterstand volledig opgehaald door goals van Lambert, De Cubber en Le Fevre. Helemaal op het einde zorgde weer Rene Vandereycken zelfs voor de verlossende 4-0. Olympia ontplofte, Het Ipswich van Bobby Robson lag er uit.

 

In de achtste finale kwam het Italiaanse AS Roma uit de trommel, een ploeg gestoeld op de leest van het Italiaanse catenaccio. Club domineerde de thuismatch maar had pech in de afwerking en bleef op 1-0 steken. Ook in Rome hanteerden de Italianen hun defensieve spel. Dit werd afgestraft door een goal van Raoul Lambert met zijn mindere rechtervoet. Club kwalificeerde zich voor het eerst voor een Europese kwartfinale.

 

 

In die kwartfinale kreeg Club terug een taaie klant uit Italie, het grote AC Milan. Club speelde op de euforie van de vorige rondes en alles leek te lukken. Le Fevre zette blauw-zwart vroeg op voorsprong. Club duwde door en libero Krieger vlamde vanop 25 meter de 2-0 binnen. Olympia was weer een grote scalp rijker.

In Milaan moest het Club het zien te rooien zonder Lambert, Volders en Vandereycken. Bigon zette Milan op 1-0. Tot overmaat van ramp moest tijdens de rust ook spelmaker Le Fevre in de kleedkamer blijven. Na een dik uur verdubbelde Milan de score via een sublieme vrije trap. Het gehavende Club moest nu alle zeilen bijzetten tot de ingevallen Hinderyckx een gaatje vond en het verlossende uitdoelpunt aantekende.

 

In de halve finale wachtte het Duitse SV Hamburg, op dat ogenblik Europese top. In het Volksparkstadion speelde Club met een uitstekende organisatie om zo de Duitse klasse te kunnen opvangen. Birger Jensen hield Club meermaals recht en met een glasheldere counter zorgde Lambert zelfs voor 0-1. In het slotkwartier maakte HSV verdiend gelijk, maar verder kwamen de Duitsers niet.

 

Hamburg had duidelijk de vorige thuismatchen van Club gezien en koos voor een behoudende tactiek. De Duitsers legden de Brugse backs lam, waardoor het Brugse aanvalsspel stokte. Tegelijk was het hinken op twee gedachten want een tegengoal kon dodelijk zijn. De brilscore bleef lang op het bord en de spanning was te snijden tot verdediger Kaltz Olympia verloste met een own goal. Club voor het eerst naar een Europese finale!

In die finale moest Club naar het Engelse Liverpool. Op Anfield Road was men vrij zeker van een ruime thuiszege maar Club kreeg ‘the Kop’ muisstil toen Lambert een te korte terugspeelbal onderschepte en de 0-1 over doelman Clemence lobde. Na een fantastisch opgezette aanval maakte Cools er zelfs 0-2 van. In Liverpool wisten ze niet wat ze zagen. Liverpool koos vol voor het offensief maar Club’s verdediging en Jensen kraakten niet tot aan de rust. Een paar minuten werden Club fataal. Op 4 (!!) minuten tijd boog Liverpool de 0-2 om naar 3-2. Club koos nog voor de aanval maar de score bleef op het bord. Er zat veel meer in maar niettegenstaande toch een mooie uitgangspositie voor de match in Brugge.

 

Liverpool was favoriet, Club had niets meer te verliezen. Club begon complexloos en ging in de aanval wat wederom resulteerde in een snelle goal van Lambert. Club was echter slechts vijf minuten virtueel Uefacupwinnaar want Kevin Keegan scoorde via een dubieuze vrije trap.

 

Liverpool trok zich daarna massaal terug waardoor Club moeilijk aan kansen kwam. De partij verwaterde al maakte de spanning alles goed. Club probeerde maar had dit keer niet het geluk aan hun zijde. Liverpool won de Uefacup, maar de Engelsen beseften dat ze door het oog van de naald waren gekropen. De trots in Brugse rangen om dit uitzonderlijke seizoen was terecht groot.