Match Worn Home Shirt Pascal Renier 

 

 


 

Match Worn Home Shirt Tomas Danilevičius

 

 

 

 

Match Worn Home Shirt Vital Borkelmans

 

 

 

 

Match Worn Home Shirt Erwin Nies 

 

 

 


Match Worn Away Shirt Vital Borkelmans

 

 

 

 

 


Match Worn Away Shirt Gert Verheyen

 

 

 

 

 


Match Worn Away Shirt Vital Borkelmans

 

Worn in the away match at Lyngby.  Borkelmans did score the first goal in this shirt.

 

 

 

 

 

 

Match Worn Away Shirt Anders Nielsen

 

 Worn in the Uefa Cup away game at Schalke 04

 

 

 

Match Worn Away Shirt Tomas Danilevičius

 

 

 

 

 

 

  

Het seizoen na zo’n dubbel is het altijd moeilijk om te bevestigen. Vaak is er dan nood aan wat fris bloed om de concurrentie in de groep op scherp te zetten. Deze zomer kwamen Eric Deflandre van Germinal Ekeren en de Deense winger Anders Nielsen van Sint Truiden, waarmee het bestuur toch het volledige vertrouwen gaf aan de kern die net de dubbel had gehaald.

 

Nochtans was er met Paul Okon een echte sterkhouder vertrokken. De gouden schoen trok een streep onder zijn Brugse periode en trok naar Lazio Roma.

Al vroeg in het seizoen moest Club vol aan de bak in de voorrondes voor de Champions League. De kampioen plaatste zich immers niet meer rechtstreeks door de magere resultaten in de laatste jaren. Tegenstander werd het Roemeense Steaua Boekarest. De Roemenen bleken ook een maat te groot of op zijn minst beter voorbereid. In Brugge counterden ze er op los en haalden zo een goeie 2-2 uitgangspositie. In Boekarest ging club kansloos met 3-0 onderuit. Adrian Ilie scoorde vier keer en zou later nog naam en faam in Europa maken, onder meer bij Valencia.

 

De droom van enerzijds het sportieve prestige en anderzijds de financiele vetpotten van de Champions League was dus midden augustus al uiteen gespat.

 

Deze ontgoocheling werd ook meegenomen in de competitie waar Club vooral op verplaatsing amper een vuist kon maken en veel onnodig puntenverlies leed.

 

Topschutter Stanic had zo nu en dan nog eens een opflakkering, maar zat met zijn hoofd al elders. Na zijn fantastisch debuutjaar en sterk EK met Kroatie was er immers zeer concrete interesse uit Italië. Tegen Sint Truiden jaagde Super Mario er nog vier tegen de netten en ook op RWDM besliste hij de match haast op zijn eentje, voor het overige was hij echter vaak afwezig.

Gelukkig kon zijn maatje Robert Spehar zijn rol met verve over nemen. De Kroaat ontpopte zich tot een ware goaltjesdief, verstond de kunst om altijd op de juiste plaats te staan en vond op elk mogelijke manier de weg naar doel.

 

In de Uefabeker werden het Deense Lyngby en het Roemeense National Boekarest opzij gezet. In de achtste finale wachtte het Duitse Schalke 04. De thuismatch werd om 16u gespeeld omwille van de Duitse TV in een volledig ondergesneeuwd Olympia.

 

Verbazing alom toen Mario Stanic aan de aftrap verscheen. De Kroaat was rond met Fiorentina, maar de transfer sleepte aan en plots was hij toch weer beschikbaar voor club en hoe, iets na het half uur zette hij club op voorsprong met een rake kopbal. Mike Buskens maakte nog gelijk met een vlam, maar Spehar zorgde in het slot toch nog voor de winst. In Gelsenkirchen werd echter verloren met 2-0 en dus einde van deze Europese campagne. Geen schande gezien het feit dat Schalke dat jaar de Uefa Cup zou winnen tegen Inter Milaan.

 

Enkele weken later zou Stanic toch rond geraken met Parma en verliet hij club definitief. Zijn tweede seizoen was minder, maar cijfergewijs nog steeds meer dan degelijk met 7 goals uit 7 matchen. In zijn debuutmatch met Parma zou hij de winning goal maken in San Siro tegen AC Milan. Met Parma won hij twee seizoenen later de Uefa Cup finale tegen Marseille en zou hij ook nog een vervolg aan zijn carriere breien met Chelsea. Met Kroatie eindigde hij derde op het WK van 1998. Ongetwijfeld is Mario Stanic één van de Brugse spelers met de succesrijkste carrieres geweest.

Na een afwisselende start herpakte club zich en ging zich zo toch volop mee mengen in het titeldebat. Anderlecht werd thuis verslagen met 2-1, thuis tegen Genk werden de drie punten thuis gehouden door een late goal van nobele onbekende Danilevicius in zijn debuut en ook op Standard werd vlotjes gewonnen. Het Lierse van Eric Gerets was de verrassende titelpretendent. Toen Lierse Club op eigen veld uitschakelde voor de beker en ook voor de competitie kwam winnen op Olympia leken zij het laken naar zich toe te trekken. Op het einde van de competitie leek het tij echter alsnog te draaien. Club won op Anderlecht en versloeg ook Cercle terwijl Lierse voor de bijl ging in Sint Truiden. Club zo toch terug op kop met nog twee matchen te gaan.

 

De voorlaatste speeldag moest club naar de Bosuil en daar liep het helemaal fout. Club ging verdiend met 2-1 onderuit en Addo en Spehar zorgden nog voor een extra dieptepunt door met elkaar op de vuist te gaan in de spelerstunnel.

 

De laatste speeldag won club nog met 1-0 van AA Gent maar doordat Lierse ruim won op Standard baatte deze zege niet; Lierse was de verrassende maar verdiende kampioen. Club had het zelf weggegooid, niet op Antwerp, maar in het begin van het seizoen.

 

Robert Spehar kroonde zich tot Belgisch topschutter met 26 goals. Uitschieter was zijn match tegen Lokeren waar club won met maar liefst 8-2 en Spehar er vier maakte op slechts een half uurtje. Velen zullen zich vooral nog zijn goal van op de middenlijn herinneren uit die match.  

 

Franky Van der Elst werd bekroond met zijn tweede gouden schoen.